FEEDBACKFORMULIER

Wij waarderen uw feedback!

FEEDBACK
Dit veld is verplicht
Dit veld is verplicht

* verplichte velden

Wim van der Meeren: Het veelkoppige monster van de slechte gezondheid

Wim van der Meeren: Voorzitter Provinciale Raad Gezondheid Brabant

Arme, laagopgeleide mensen overlijden bijna zeven jaar eerder dan hoger opgeleide mensen en ze kampen tussen de 14 en 18 jaar langer met chronische ziekten. Juist deze groep werd door corona extra hard geraakt én heeft een lagere vaccinatiebereidheid dan andere groepen. Dat baart zorgen. We zullen als samenleving iets aan de ernstige gezondheidsachterstanden moeten doen. Daarbij is het de belangrijkste vraag om uit te vinden waar die enorme verschillen vandaan komen. Anders hebben maatregelen op termijn geen effect.

De gebruikelijke focus is dat in de kansarme groep meer mensen roken en drinken, meer mensen overgewicht hebben, dat het voedings- en beweegpatroon slechter is en dat er dus gewerkt moet worden aan preventie. In mijn ogen is die conclusie maar ten dele waar. Natuurlijk is preventie belangrijk. Maar als je je daarop richt zonder de achterliggende oorzaken te kennen en te begrijpen, zullen preventieprogramma’s geen succes worden. Als je tot je nek in de sociale ellende zit, komen adviezen immers niet binnen! Kan ik de huur nog betalen? Heb ik voldoende geld voor eten voor de kinderen? Het is bewezen dat stress over dit soort basisbehoeften de intelligentie negatief beïnvloedt en dat mensen dan evident domme beslissingen kunnen nemen. De Nederlandse hulpverlening is op dat punt nog niet goed ingeregeld. Wat mij betreft is het allerbelangrijkste dus: werken aan de bestaanszekerheid van mensen.

Collectief

We kunnen inmiddels niet meer zeggen: iemand die geen succes heeft, heeft dat helemaal aan zichzelf te wijten. Het is gewoon niet waar. Armoede en achterstand blijken bepaald te worden door de plek waar je geboren wordt. We hebben als samenleving een grote collectieve verantwoordelijkheid voor mensen die het niet redden. Het is een kwestie van fatsoen dat je elkaar niet over de rand duwt. Bovendien is het in ieders belang dat er harmonie blijft in de samenleving zodat er niet een grote groep boze mensen ontstaat. We zullen dan ook gezamenlijk moeten investeren in de bestaanszekerheid van mensen. Dat betekent onder meer dat er betaalbaar moet worden gebouwd, rekening houdend met de klimaatverandering. Verder kunnen we het beeld van de participatiesamenleving maar beter loslaten: niet iedereen kan meedoen en niet iedereen is in staat betaald werk te doen. De overheid staat hier voor een belangrijke taak.

Aan zet

De uitdagingen zijn zeer groot en vragen om een variëteit aan oplossingen. Het is de vraag welke overheid aan zet is. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft met zeventig maatschappelijke organisaties een Nationaal Preventieakkoord gesloten met tweehonderd afspraken om Nederland gezonder te maken. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid staat echter aan de lat voor het achterliggende vraagstuk van de bestaanszekerheid. Bij gemeenten is het hele sociale domein aan zet. Dat kan ertoe leiden dat elke gemeente zelf het wiel gaat uitvinden. Landelijk is er de stichting SchuldenlabNL, waaraan ook ’s Hertogenbosch meedoet. Hier worden beproefde en effectieve projecten en programma’s opgeschaald om versnippering van initiatieven rond armoede en schulden te voorkomen. De provinciale overheid heeft als intermediaire bestuurslaag een belangrijke rol in het aanjagen van ontwikkelingen en kan stimuleren dat er van elkaar wordt geleerd.

Bejegening

De verzorgingsstaat gaat gepaard met zoveel wantrouwen en regels, dat hij voor veel mensen gewoon niet meer werkt. Het beleid is er vooral op gericht mensen uit de regelingen te krijgen en niet om mensen te helpen. Het is echter essentieel om goed te kijken hoe we mensen die in de problemen zitten, kunnen helpen. Om te weten wat mensen nodig hebben, moet je met hen in gesprek gaan. Daarvoor zal elke casus apart bekeken moeten worden. Mensen zijn niet gelijk, dus kun je ze ook niet gelijk behandelen. De Toeslagenaffaire was één van de wake-upcalls waar we van geschrokken zijn. De staat kan zich blijkbaar zeer wantrouwend gedragen richting burgers. Dat soort bejegening moeten we niet willen. Niet iedereen die hulp nodig heeft, is een potentiële fraudeur. En niet iedereen die stress ervaart door de armoede heeft psychische hulp nodig. In het verlengde daarvan is het ook belangrijk aandacht te besteden aan de working poor – mensen met meerdere banen omdat ze anders niet rondkomen. Er is meer vastigheid nodig dan een flexcontract, zeggen ook de SER en de vakbonden.

Longproblemen

Gezondheid bevorderen vraagt niet alleen maatregelen rond bestaanszekerheid. Ook ruimtelijk zijn er ingrepen nodig. Brabant kwam er in de coronapandemie niet best uit; er waren hier veel brandhaarden. Nu dankzij de vaccinaties het einde van de pandemie in zicht lijkt te komen, is het de vraag wanneer de volgende ramp zich aandient. Gezien de grote dichtheid aan dieren op een vrij klein gebied, zouden we in

Brabant wel eens de twijfelachtige eer kunnen hebben dat hier een virus muteert. We hebben al Q-koorts gezien, wat ook een vreselijke uitbraak was. Corona is nog erger. En er is onmiskenbaar een link tussen longproblemen, gezondheid en de intensieve veehouderij. We zullen hier iets mee moeten en daarin heeft de Provincie een belangrijke taak. Dat is complex. Op voorhand moet aan boeren bestaanszekerheid geboden worden. De intensieve veehouderij is zo gegroeid in de loop der jaren; boeren hebben het niet veroorzaakt. Het is dan ook een probleem van ons allemaal. Als de boeren nu moeten veranderen van werkwijze, of zelfs helemaal moeten stoppen, zullen wij hen als samenleving moeten compenseren. Anders zullen ze zich zeker verzetten, wat ik goed kan begrijpen.

Integraal

De intensieve veehouderij kan minder en boeren moeten daarvoor gecompenseerd worden. Maar dat is slechts één van de aspecten. Een dergelijke ingreep heeft ook gevolgen voor de landinrichting en de stedelijke planning. Je moet dus integraal kijken naar het vraagstuk van de gezondheid. Met name voor de kansarme gezinnen is er een cumulatie van factoren die de gezondheid negatief beïnvloeden. Neem de hittestress, die zich ook concentreert in de armere wijken, maar ook geluidshinder. Ik zie lichtpuntjes, er is echt wat aan te doen. De omslag begint te komen; mensen hechten steeds meer belang aan saamhorigheid. Er zijn initiatieven en samenwerkingen. We hebben in het verleden bewezen dat we sociale vraagstukken effectief kunnen aanpakken. De ouderen van nu zijn bijvoorbeeld zo lang mogelijk zelfstandig en actief, heel anders dan vijftig jaar geleden. Als samenleving is ons dat gelukt. Dat moet met de nodige investeringen ook lukken met een andere belangrijke groep!


Blogreeks ‘Brabant Sterker uit de coronacrisis’

Hoe benutten we het momentum van de coronacrisis om de wereld van morgen anders, beter, vorm te geven?

De coronacrisis heeft kwetsbaarheden in de maatschappij blootgelegd: van arbeidsmarkt tot aan gezondheid, van grondstoffentekort tot aan de effecten voor de retail en de leegstand in de binnensteden. Tegelijkertijd heeft de coronacrisis ook ontwikkelingen versneld en kansen zichtbaar gemaakt: van de mogelijkheden die digitalisering biedt tot de meerwaarde van een prettige en groene leefomgeving. Het momentum benutten vraagt van bestuurders om nú keuzes te maken: wat is de koers voor morgen en wat laten we achter ons?

ArbeidsmarktInZicht.nl & BrabantAdvies halen de blik op van buiten. Negen experts – uit Brabant en breder - geven hun visie op de ontwikkelingen in coronatijd en bijbehorende herstelaanpak.

POWERED BY

powered by