Laaggeletterdheid in Nederland
Belangrijkste inzichten
- Ongeveer 1,3 miljoen Nederlanders tussen de 16 en 65 jaar oud zijn laaggeletterd.
- Het verbeteren van geletterdheid kan het arbeidsmarktinkomen tot 17% verhogen.
- Laaggeletterden in Nederland worden onderscheiden in 6 doelgroepen. Migranten (31%) en ouderen (25%) vormen de grootste doelgroepen.
- De omvang van de verschillende doelgroepen varieert sterk naar regio en gemeente.
- Schiedam kent het grootste aandeel laaggeletterden (ongeveer 32%).
- Weesp en Wijdemeren kennen het kleinste aandeel laaggeletterden (ongeveer 1%).
Hoewel Nederland een hoogontwikkeld land is, zijn ongeveer 1,3 miljoen mensen tussen de 16 en 65 jaar laaggeletterd. Dit houdt in dat deze mensen in het dagelijkse leven moeite hebben met taal, wat zeer problematisch is. Om in onze complexe maatschappij goed te kunnen functioneren is een hoge mate aan geletterdheid namelijk van groot belang. Wie laaggeletterd is heeft bijvoorbeeld meer moeite met het vinden en behouden van een baan. Daarnaast verhoogt laaggeletterdheid de kans op fysieke en mentale gezondheidsklachten, doordat laaggeletterden zich sneller onzeker of nutteloos voelen. Het verbeteren van de geletterdheid kan de kans op deze klachten niet alleen verminderen, maar ook het arbeidsmarktinkomen tot wel 17% verhogen. Het is dus van groot belang dat overheden meer zicht krijgen op laaggeletterdheid in hun regio, zodat ze laaggeletterden passend onderwijs kunnen bieden en de geletterdheid kunnen vergroten.
Samen met CINOP-ecbo (Centrum voor Innovatie van Opleidingen-Expertisecentrum beroepsonderwijs) en ROA (Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt), heeft Etil Research Group onderzoek gedaan naar laaggeletterdheid in Nederland. Hierbij is gekeken naar een smalle definitie van laaggeletterdheid, wat betekent dat laaggecijferden en mensen met alléén lage digitale vaardigheden buiten beschouwing zijn gelaten. Het huidige onderzoek schat niet alleen per arbeidsmarktregio en gemeente het percentage laaggeletterden, maar analyseert ook in welke bevolkingsgroepen deze laaggeletterden uiteenvallen, waar deze groepen gevonden kunnen worden, wat hen motiveert, en welk onderwijsaanbod er voor hen is. Om beleidsmakers te ondersteunen bij het opstellen van effectief beleid, heeft Etil een online tool ontwikkeld waarin al deze zaken op een toegankelijke manier worden weergegeven.
Laaggeletterdheid naar gemeenten
In de onderstaande visualisatie is voor alle Nederlandse gemeenten het aandeel laaggeletterden weergegeven. Wat bijvoorbeeld opvalt zijn de verschillen tussen enkele universiteitssteden. Zo hebben Groningen en Nijmegen een relatief laag aandeel laaggeletterden (respectievelijk 9% en 10%), terwijl Amsterdam en Rotterdam een hoger aandeel laaggeletterden hebben (respectievelijk 16% en 19%, meer dan het landelijk gemiddelde van 12%). Een verklaring hiervoor kan zijn dat Amsterdam en Rotterdam aanzienlijk meer laaggeletterde migranten hebben dan Groningen en Nijmegen. Een laag aandeel betekent overigens niet dat het absolute aantal laaggeletterden laag is. Groningen is namelijk een grote gemeente en met een aandeel van 9% komt dit alsnog neer op bijna 14.000 laaggeletterden onder de beroepsbevolking.
In de volgende visualisatie is een top 10 weergegeven van gemeenten met het grootste aandeel laaggeletterden. Schiedam, Kerkrade en Enschede vormen de top 3 met respectievelijk laaggeletterdheidspercentages van 32, 25 en 24%. Een reden voor de hogere percentages kan zijn dat deze gemeenten o.a. relatief meer vergrijzing en/of minder hoogopgeleiden hebben (beide factoren hangen samen met laaggeletterdheid).
Hieronder wordt de top 10 gemeenten met de kleinste aandelen laaggeletterden weergegeven. Een reden voor de lagere percentages kan zijn dat deze gemeenten o.a. relatief minder vergrijzing en/of meer hoogopgeleiden hebben.
Hoewel het interessant is om een beeld te hebben van het aandeel laaggeletterden, is het voor gericht beleid echter ook van belang om te weten in welke doelgroepen zij uitgesplitst kunnen worden. Een clusteranalyse heeft uitgewezen dat ongeveer 85% van de laaggeletterden onderverdeeld kan worden in 6 doelgroepen. De landelijke percentages voor deze doelgroepen worden in de onderstaande visualisatie weergegeven. Wat hierbij opvalt is dat ongeveer 31% van de laaggeletterden tot de groep migranten (1e generatie) behoort, en dat ongeveer 25% van de laaggeletterden uit werkende en niet-werkende ouderen (50-65 jaar) met partner en kinderen bestaat. Daarnaast bestaat er ook nog een diverse doelgroep. Deze bevat alle laaggeletterden die niet bij een van de andere doelgroepen ingedeeld konden worden.
Meer weten over laaggeletterdheid in jouw gemeente of arbeidsmarktregio, ga dan naar onze online tool Geletterdheidinzicht.nl.
Meer weten en verder lezen:
Online tool Geletterdheidinzicht, 2020. www.geletterdheidinzicht.nl
Stichting lezen en schrijven, 2019. Rapport spreiding laaggeletterdheid
PIAAC, 2012. Kernvaardigheden voor werk en leven. Resultaten van de Nederlandse survey