FEEDBACKFORMULIER

Wij waarderen uw feedback!

FEEDBACK
Dit veld is verplicht
Dit veld is verplicht

* verplichte velden

Werkloosheid Utrecht in 2019 gedaald naar 3%

Belangrijkste inzichten
  • Het werkloosheidspercentage in Utrecht daalt in 2019 naar 3%, het laagste niveau vanaf de start van de tijdreeks in 2003. In 2019 zijn er nog maar 23 duizend mensen die niet werken.
  • Het werkloosheidspercentage in Utrecht ligt lager dan in Nederland (3,4%).
  • Mensen zijn volgens het CBS werkloos als zij geen betaald werk hebben en aangeven recent naar werkt te hebben gezocht en daarvoor direct beschikbaar te zijn.
  • De Utrechtse arbeidsmarkt was vanaf het 2e kwartaal 2017 al krap en is de afgelopen twee jaar alleen maar krapper geworden.
  • Utrecht heeft sinds het 2e kwartaal van 2017 een beduidend krappere arbeidsmarkt gekend dan Nederland.
  • Mismatch op de arbeidsmarkt is een gemeenschappelijke deler voor alle regio's, zeven gemeenschappelijke oplossingsrichtingen kunnen vastgesteld worden in het huidige regionale arbeidsmarktbeleid.
Werkloosheid daalt naar extreem laag niveau

In 2019 daalde de werkloosheid  in Utrecht naar een zelden vertoonde 3% van de beroepsbevolking. Er zijn nu nog maar 23 duizend mensen die niet werken, maar dat wel willen en kunnen. Ter vergelijking: zes jaar geleden stond dat getal op bijna het dubbele (45 duizend mensen). Utrecht kent in 2019 ten opzichte van Nederland (3,4%) een lager werkloosheidspercentage.

Ontwikkeling werkloosheidspercentage, Utrecht en Nederland, 2003-2019
Wanneer telt iemand mee als werkloos?

Wie telt er mee in het werkloosheidscijfer van het CBS en wie niet? Mensen zijn werkloos als zij geen betaald werk hebben en aangeven recent naar werkt te hebben gezocht en daarvoor direct beschikbaar te zijn. Voor meer informatie zie onderstaande video waarin CBS hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen een korte uitleg geeft.

Arbeidsmarkt is krapper dan krap

Minder werklozen en een hoog niveau van het aantal vacatures leiden tot een verbeterde concurrentiepositie van werkzoekenden. Gemiddeld genomen hebben zij meer kans op het vinden van werk. Werkgevers ondervinden daarentegen meer knelpunten bij het invullen van vacatures. Utrecht heeft sinds het 2e kwartaal van 2017 een krappe arbeidsmarkt en deze is de afgelopen twee jaar alleen maar krapper geworden. Daarnaast had de provincie in deze periode altijd een hogere arbeidsmarktspanning dan Nederland.

Ontwikkeling spanningsindicator UWV, Utrecht en Nederland, kw2 2017-kw3 2019
Input voor regionaal beleid: oplossingsrichtingen

Hoewel regio's qua arbeidsmarktsituatie van elkaar verschillen, is de huidige krapte op de arbeidsmarkt een gemeenschappelijke deler voor alle regio's. Verder is het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt binnen regio's geen wens meer, maar wordt dit door regio's als een voorwaarde gezien voor een goed functionerende arbeidsmarkt. Deze gemeenschappelijke delers hebben tot een aantal gedeelde beleidslijnen geleid, waarbij elke regio op zijn beurt het beleid net iets anders inkleurt. Willem Schrijver, adviseur arbeidsmarktbeleid van het UWV, heeft het huidige regionale arbeidsmarktbeleid geanalyseerd en heeft daarbij een aantal gemeenschappelijke oplossingen vastgesteld:

  1. Anders kijken, anders doen 
  2. Leerwerkakkoorden en leerwerktrajecten
  3. Inclusief werkgeverschap promoten door werkgeversambassadeur
  4. Bevorderen van aansluiting onderwijs arbeidsmarkt
  5. Flexibele vormen van scholing, stimulering zij-instroom
  6. Erkennen van ervaring
  7. Specifieke Initiatieven met focus op Techniek

In het vervolg van dit artikel gaan we nader in op de door Willem Schrijver (UWV) vastgestelde oplossingsrichtingen. Daarbij worden ook regionale voorbeelden weergegeven. 

1.   Anders kijken, anders doen

We zien diverse initiatieven in de regio om af te stappen van de traditionele sollicitatieprocedure, naar meer flexibelere vormen van werving en selectie. Waar werkgevers en werkzoekenden elkaar op basis van vacatureteksten en sollicitatiebrieven nog geregeld mislopen, gaat het er bij deze aanpak om dat zij eerder met elkaar in contact komen. Zo zijn er in Werkzaak Rivierenland speedmeets. Het is een samenwerking tussen UWV en de uitzendbureaus waarbij speeddates worden georganiseerd. Het kan daarbij gaan om speeddates die zijn gericht op een doelgroep (jongeren of 50+), maar ook om speeddates die gericht zijn op een specifieke sector of functie (bouw, groen etc.). In Midden-Gelderland zijn er oriëntatiecarrousels: werkzoekenden maken kennis met ander werk en gaan proefdraaien bij werkgevers.

Er waaien ook nieuwe methodes over uit andere landen. Bijvoorbeeld het fenomeen uit de VS ‘open hiring’ wat wordt ingezet in Noordoost-Brabant en Friesland. Bij open hiring gaat een werkzoekende direct aan de slag bij een bedrijf, zonder sollicitatiegesprek en cv. Doel is om iedereen een eerlijke kans te bieden. Aanpakken en hard werken is het enige wat telt. Daarnaast wordt er ook steeds meer gekeken naar anders matchen tussen vacatures en kandidaten, met name door te kijken naar competenties. In Groot-Amsterdam is er het House of Skills, waarin onder andere gemeenten, onderwijs, werkgevers en vakbonden samenwerken, om gezamenlijk op de huidige en toekomstige arbeidsmarktvraag in te spelen. Hierbij staat het matchen op en ontwikkelen van competenties centraal. Door te matchen op competenties, wordt de vijver groter waaruit werkgevers kunnen vissen.

2.   Leerwerkakkoorden en leerwerktrajecten

Steeds vaker slaan de overheid, onderwijs en het bedrijfsleven de handen ineen om de mismatch op de arbeidsmarkt te verkleinen. Dit leidt tot leerwerktrajecten, en in Rijnmond gaat men een stap verder aan de hand van een leerwerkakkoord. Een leerwerktraject is een combinatie van werken en leren. Meestal gaan de kandidaten 4 dagen per week aan de slag bij een bedrijf en 1 dag per week naar school. In Rijnmond werd er een breder leerwerkakkoord gesloten, waarbij leerwerktrajecten een onderdeel vormen. Het belangrijkste doel van het leerwerkakkoord is om meer mensen duurzaam aan de slag te krijgen én te houden. Er wordt geïnvesteerd in 3 pijlers: aan het werk (van eigen inkomen voorzien), van school naar werk (beschikken over de competenties van morgen) en van werk naar werk (flexibele en brede inzetbaarheid).

3.   Inclusief werkgeverschap promoten door werkgeversambassadeur

Een werkgever spreekt de taal van de werkgever. Hierdoor lijkt het niet meer dan een logische keuze dat ze in onder meer arbeidsmarktregio’s Groningen en Gorinchem werkgevers inzetten als ambassadeurs. Ambassadeurs kunnen de brug slaan tussen de wereld van de werkgever en overheidsdienstverlening. Zo wijzen zij op de mogelijkheden van de dienstverlening van UWV en gemeenten in de arbeidsmarktregio, attenderen zij andere werkgevers op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid en denken zij mee over de dienstverlening, campagnes en het profiel van werkzoekenden. Uit ervaring is deze ambassadeur in staat om werkgevers te motiveren breder te kijken naar kandidaten voor zijn vacature (denk bijvoorbeeld aan werkzoekenden met een beperking) en zodoende een inclusieve arbeidsmarkt meer op het netvlies te zetten.

4.   Bevorderen van aansluiting onderwijs arbeidsmarkt

Om de mismatch op de arbeidsmarkt te verkleinen wordt meer en meer gekeken naar het positief beïnvloeden van het ‘aankomende potentieel’ op de arbeidsmarkt. Hiervoor is de aansluiting van onderwijs op de behoeftes van de arbeidsmarkt van cruciaal belang. Er wordt ingezet om jongeren goed te informeren over de kansen op de arbeidsmarkt, welke beroepen in de toekomst perspectief bieden. Het verbeteren van studievoorlichting aan de hand van arbeidsmarktinformatie aan de ene kant en het stimuleren van instroom in opleidingen met een gunstig arbeidsmarktperspectief aan de andere kant, werken hand in hand om hiervoor te zorgen. Zo is er in Drechtsteden een campagne gestart “Baas over je eigen toekomst”, waarbij kansrijke beroepen in bouw, metaal, ICT, transport & logistiek, techniek en zorg in beeld worden gebracht. Daarnaast bieden Leerwerkloketten dagelijks onafhankelijk advies aan over leren en werken voor werkzoekenden, werknemers, scholieren, studenten én werkgevers.

5.   Flexibele vormen van scholing, stimulering zij-instroom

Niet elke werkzoekende kan en wil een opleiding van een jaar of langer volgen. Soms is dit ook niet wenselijk: door een korte opleiding kunnen reeds aanwezige vaardigheden voldoende worden aangevuld om weer aan de slag te komen en te blijven. Er is in dit geval behoefte aan een flexibele vorm van scholing. Daarnaast groeit de behoefte aan deze vorm van scholing door de snel veranderende beroep- en functievereisten onder invloed van technologisering van het werk. In Gorinchem wordt er een ambachtscollege opgericht. Het ambachtscollege biedt sterk praktijkgerichte en kortdurende scholing aan, die goed aansluiten op de behoefte van werkgevers’. Kandidaten doen de benodigde vakkennis op waarmee ze direct aan de slag kunnen gaan bij een werkgever. Na afloop van de scholing ontvangt de kandidaat een certificaat van datgene wat ze aan concrete vakkennis hebben geleerd. 

In Rijnmond is er aandacht voor scholing om zij-instroom te bevorderen. In een gezond functionerende arbeidsmarkt kunnen werknemers zonder al teveel obstakels veranderen van baan. Idealiter bewegen zij vrijelijk van de ene sector naar de andere en switchen zij eenvoudig van beroep. Op die manier kunnen vraag en aanbod elkaar vinden en worden krapte én mismatch tegelijkertijd bestreden. Het stimuleren van dynamiek is dan ook van groot belang. Praktische, verkorte (om)scholingstrajecten zoals die nu al (deels vanuit de doe-agenda Perspectief op Werk) door de diverse brancheteams van het WerkgeversServicepunt Holland Rijnland georganiseerd worden, spelen hier een belangrijke rol bij. Zo is er een initiatief om zij-instroom te stimuleren in het onderwijs. 

6.   Erkennen van ervaring

Niet elke persoon is gemaakt voor scholing of opleiding. Sommigen mensen willen gewoon werken en zodoende ervaring opbouwen. Met name voor werkzoekenden zonder of met lage startkwalificaties is het van belang dat hun werkervaring wordt erkend door andere werkgevers. Daarmee wordt de inzetbaarheid van deze mensen op alle vlakken vergroot. De kwalificering wordt vastgelegd in een door de sector erkende vorm van certificering. In Amersfoort wordt om deze certificering te realiseren, inspiratie uit andere initiatieven gehaald, zoals de Europass, competentie- of talentenpaspoort en EVC’s. Met de certificering worden de werkzoekenden aantrekkelijker voor de arbeidsmarkt. Voor de certificering richt men zich in Amersfoort voornamelijk op de jongeren met afstand tot de arbeidsmarkt zonder startkwalificatie. Op termijn kan deze werkwijze uitgebreid worden naar niet-jongeren.

7.   Specifieke Initiatieven met focus op Techniek

Door het grote aantal moeilijk vervulbare vacatures in technische beroepen, zien we heel wat initiatieven gericht op het invullen van deze vacatures. Het grote aantal openstaande vacatures voor technische beroepen leidt tot veel scholingsvragen waarbij verschillende partijen uit bedrijfsleven, overheid en onderwijs betrokken zijn. Het Servicepunt Techniek Noord zorgt voor de benodigde coördinatie tussen betrokken partijen. Langetermijnontwikkelingen als flexibilisering, automatisering en digitalisering veroorzaken voortdurend veranderende functie-eisen waarop werkenden, werkzoekenden en werkgevers moeten inspelen. Om invulling te geven aan een leven lang leren slaan arbeidsmarktregio’s, provincies, sociale partners en O&O-fondsen de handen ineen voor een Noordelijke Scholings Alliantie. Praktijkleren kan uitkomst bieden voor werkzoekenden zonder startkwalificatie die niet in staat zijn om via het regulier onderwijs hun mbo-diploma te behalen. Een  soortgelijk initiatief is het Techniekpact Rivierenland als impuls voor Platform Techniek Rivierenland. Het geeft een krachtige impuls aan de activiteiten van Platform Techniek Rivierenland (www.ptriv.nl) om de instroom in technische opleidingen en beroepen te verhogen. Ook is er aandacht voor een algemene verhoging van de scholingsgraad van werkenden in technische beroepen, duurzame inzetbaarheid en het stimuleren van een leercultuur in het MKB. Door actieve kennisdeling tussen ondernemers en onderwijs zal dit leren worden bevorderd. Nog een vermeldenswaardig initiatief in deze context is het Technolab Leiden.

Deel uw eigen ervaringen

Kent u meer mooie initiatieven om de mismatch te verkleinen? Deel het dan met ons via de feedback knop (rechterkant van het scherm). Wij zullen de initiatieven vervolgens terugkoppelen aan Willem Schrijver (UWV). Vanuit ArbeidsmarktInZicht delen we zijn visie dat mede door goede kennisdeling de mismatch op de arbeidsmarkt verkleind kan worden!

POWERED BY

powered by